Nederlandse inkomenseis strijdig met EU recht
In 2004 werden in Nederland door de toenmalig minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie (Verdonk) de inkomenseisen voor gezinsvorming en gezinshereniging fors aangescherpt.
Om voor gezinsvorming in aanmerking te komen moest de verblijfgever of referent in Nederland voortaan een duurzaam inkomen uit arbeid genieten van mininmaal120% van het minimumloon, een bedrag van circa 1.440 euro.
Strengste inkomenseis voor gezinsvorming
Hiermee had Nederland – na Denemarken – de strengste inkomenseis voor gezinsvorming van de Europese Unie. Let wel, Denemarken heeft binnen de EU een bijzondere positie (‘opt out’), waardoor het op het gebied van migratie in beginsel niet gehouden is aan de EU regelgeving (en Nederland dus wel).
Europees Hof vindt Nederlandse inkomenseis ontoelaatbaar
Op 4 maart 2010 heeft het Europees Hof van Justitie bepaald dat de Nederlandse 120% eis strijdig is met de zogenaamde EU Gezinsherenigingsrichtlijn. Opmerkelijk genoeg geldt deze richtlijn niet voor Nederlanders, maar voor rechtmatig in Nederland verblijvende derde-landers.
Al vrij kort na bekendmaking van de uitspraak heeft de Minister van Justitie echter laten weten, dat 120% eis in zijn geheel zou worden afgeschaft en niet meer zou worden toegepast. Nederland had er echter ook voor kunnen kiezen om de 120% eis voor Nederlanders – die gezinsvorming – wensen te handhaven, maar dan zouden Nederlanders slechter worden behandeld dan rechtmatig in Nederland verblijvende vreemdelingen.
Dit ging de minister van Justitie (of het demissionaire) kabinet blijkbaar te ver. In de uitspraak van het Europese Hof is bovendien overwogen, dat Nederland ten onrechte andere eisen stelt ten aanzien gezinshereniging en gezinsvorming
Belangrijkste wijzigingen in Vreemdelingenbesluit
Vanwege de Europese uitspraak is onlangs het Vreemdelingenbesluit aangepast. De belangrijkste wijzigingen, die overigens voor een deel reeds golden, zijn:
- Voor zowel gezinshereniging als gezinsvorming geldt een inkomensnorm van 100% van de bijstandsnorm.
- Voor zowel gezinshereniging als gezinsvorming geldt de leeftijdseis van 21 jaar.
- De normbedragen voor alleenstaanden en alleenstaande ouders worden met 20% verhoogd.
- De middelen van bestaan worden niet langer getoetst aan de (netto) bijstandsnorm, maar aan het (bruto) wettelijk minimumloon. Er wordt hierbij gekeken naar uw bruto inkomen, niet naar uw netto inkomen.
- Voor studenten geldt dat de norm voor uitwonende studenten niet langer hoeft te worden aangevuld met het verschuldigde les- en collegegeld.
Voor een deel betekenen deze wijzigingen een aanscherping ten opzichte van de oude regels, omdat nu zowel bij gezinshereniging als gezinsvorming de leeftijdseis 21 jaar is geworden.
De inkomenseis is wel lager geworden, zij het dat uitgegaan wordt van het bruto inkomen en in sommige gevallen de eis met 20% wordt verhoogd. Voor degenen die de uitspraak van het Europese Hof van harte verwelkomden zal de euforie enigszins getemperd zijn door de deels aangescherpte regels van het Vreemdelingenbesluit.
Jelle Walther is als advocaat gespecialiseerd in vreemdelingenrecht en asiel en is verbonden aan Zumpolle Advocaten. Heeft u zelf een vraag over vreemdelingenrecht of asiel? Of wilt u reageren op deze column? Uw reactie is welkom op walther@zumpolleadvocaten.nl.