Baan opzeggen en toch recht op WW behouden?

Als u zonder enige toezegging van een nieuwe werkgever uw huidige baan opzegt, loopt u het risico uw recht op WW te verspelen als u door de nieuwe werkgever ontslagen zou worden. Met een concrete toezegging dat er tenminste werk voor u is gedurende zes maanden kunt u dit risico voorkomen.

Nu de arbeidsmarkt weer iets lijkt aan te trekken overwegen steeds meer werknemers om op zoek te gaan naar een nieuwe baan. Maar hoe zit het met uw recht op WW als dit nieuwe dienstverband onverwacht na een korte periode tot een einde komt?

Concreet vooruitzicht is doorslaggevend

Om te voorkomen dat werknemers nauwelijks nog van baan durven te wisselen omdat ze daarmee hun WW-rechten op het spel zouden zetten, gelden er een aantal bijzondere regels na het opzeggen van uw dienstverband.

In de eerste plaats zal het UWV beoordelen of u er bij het aangaan van de nieuwe baan (ongeacht het soort arbeidscontract dat u aangeboden werd) op mocht vertrouwen dat u tenminste voor zes maanden werk zou krijgen. Als dit het geval is, dan behoudt u uw recht op WW ook als u al na korte tijd door de nieuwe werkgever ontslagen wordt.

Het is dus belangrijk om, als het even kan, de nieuwe werkgever te vragen u te bevestigen dat het de bedoeling is dat u minimaal zes maanden aan het werk kunt blijven. Misschien is dit tijdens de sollicitatieprocedure wel aan de orde gekomen, maar heeft de werkgever dit zelf niet op papier gezet. In dat geval is het verstandig om de aanstaande werkgever dan zelf te bevestigen wat er op dit punt besproken is.

Een voorbeeld.

Floris is onderwijzer maar wil graag aan de slag in de ICT. Hij kan via een uitzendbureau aan de slag bij een grote softwareleverancier. Volgens het uitzendbureau gaat het om een klus die naar verwachting minimaal twaalf maanden gaat duren. Dit wordt Floris ook schriftelijk bevestigd.

Geheel onverwacht komt het project al naar vijf maanden ten einde. De opdrachtgever laat het uitzendbureau weten dat zij Floris niet meer zullen inhuren. Omdat het uitzendbureau op dat moment geen andere werkzaamheden voorhanden heeft, meldt Floris zich bij het UWV voor een WW-uitkering.  Omdat hij bij het switchen van baan een concreet uitzicht had op minimaal zes maanden werk, komt Floris gewoon in aanmerking voor WW.

Daarnaast geldt de regel dat het UWV maximaal zes maanden terugkijkt. Dit houdt in dat het UWV de beëindiging van uw vorige dienstverband niet meer beoordeelt vanaf het moment dat u minimaal zes maanden voor een nieuwe werkgever werkt. Bent u dus eenmaal door deze ‘WW-proefperiode’ heen, dan zal de wisseling van werkgever, ongeacht de wijze waarop dit gegaan is, u niet meer worden tegengeworpen.

Bernard de Leest is specialist op het gebied van sociale zekerheid en is als advocaat verbonden aan Zumpolle Advocaten. Als u wilt reageren op deze column of als u een vraag heeft op het gebied van sociaal zekerheidsrecht kunt u reageren via deleest@zumpolleadvocaten.nl