Bijstandswet: Veelgestelde vragen
Sinds 1 januari 2012 mag de gemeente van iedereen die een bijstandsuitkering ontvangt een zogenaamde tegenprestatie verwachten. Dit betekent dat u verplicht kunt worden om tijdelijk maatschappelijk nuttige werkzaamheden te verrichten.
U ontvangt officieel bericht van de gemeente over deze tegenprestatie. Bent u het met deze tegenprestatie niet eens, dan kunt u hier tegen bezwaar maken.
Work-first is bedoeld om u weer aan het werk te krijgen. Het is dus een re-integratie instrument. Als de werkzaamheden bij Work-First voor u niet de kortste weg naar werk zijn en/of andere trajecten veel sneller tot resultaat leiden, dan kunt u bezwaar maken tegen het feit dat u naar een Work-First project wordt verwezen.
Tegelijkertijd moet u dan ook een spoedprocedure aanvragen bij de rechtbank, zodat u snel weet of u wel of niet moet meewerken aan een dergelijk project. Totdat de rechter beslist zult u wel aan Work-first moeten deelnemen. Doet u dat niet dan loopt u het risico dat uw uitkering tijdelijk wordt verlaagd (meestal voor een maand met 100%).
Om als gezin een beroep te kunnen doen op de bijstand, zal de gemeente de inkomsten van al uw gezinsleden meetellen om te bepalen of u wel voor bijstand in aanmerking komt. Dit noemt men ook wel de huishoudinkomentoets.
Ja dat mag. U moet de gemeente hier dan wel over informeren en hiervoor toestemming vragen. Als de arbeidsplicht op u van toepassing is en het vrijwilligerswerk is door de week op gewone werktijden, dan krijgt u waarschijnlijk geen toestemming.
Een onkostenvergoeding voor het verrichten van vrijwilligerswerk mag maximaal 95 euro per maand 764 euro per jaar bedragen. Als het vrijwilligerswerk een onderdeel is van een re-integratietraject dan mag u 150 euro per maand aan onkostenvergoeding ontvangen tot maximaal 1.500 euro per jaar.
Een gezamenlijke huishouding heeft u als u met iemand op hetzelfde adres woont en de kosten of de zorg voor die huishouding deelt. U kunt een gezamenlijke huishouding voeren met een vriend of vriendin, uw broer, zus,of een ander familielid.
Nee, in principe niet. Maar als u beiden een woning heeft terwijl u eigenlijk de hele tijd samen bent, dan woont u volgens de bijstand toch samen. De grens ligt ongeveer in het midden. Dat wil zeggen dat als u meer dan 3 ½ dag bij elkaar bent per week u samenwoont.
Dat hangt er van af. U zult de gemeente duidelijk moeten maken waarom u niet wilt scheiden. Dit zou het geval kunnen zijn omdat dat vanwege uw geloof niet mag. Het moet ook duidelijk zijn dat u echt gescheiden van elkaar leeft.
De gemeente zal dit onderzoeken en dan bepalen of u recht hebt op bijstand. Heeft uw partner een hoog inkomen? Dan zal de gemeente de aan u betaalde bijstand om hem gaan verhalen.
Of uw auto als vermogen wordt meegeteld en voor hoeveel, is afhankelijk van uw situatie. Als u een aangepaste auto heeft omdat u gehandicapt bent, dan wordt deze vaak niet of niet helemaal als vermogen meegeteld.
Heeft u een dure auto en heeft u deze niet per se nodig, dan wordt de auto wel meegeteld als vermogen. Informeer bij uw gemeente waar de grens ligt. Vaak wordt een auto met een waarde tot 5.000 euro buiten beschouwing gelaten.
Voor alleenstaanden is dit in 2012 5.685 euro en voor alleenstaande ouders en gehuwden of samenwonenden is dat het dubbele: 11.370 euro.
Als u een hoger vermogen heeft, krijgt u voorlopig geen bijstandsuitkering. U moet dan uw vermogen opmaken totdat u de vermogensgrens bereikt heeft. Let op: u mag uw extra vermogen ook niet zo maar over de balk smijten, hiervoor gelden speciale normen.