Bezwaar & beroep: Veelgestelde vragen
Als er een bezwaarprocedure loopt, moet u de voorlopige voorziening aanvragen bij de sector bestuursrecht van de rechtbank in uw woonomgeving. Heeft u al beroep bij rechtbank ingesteld, dan moet de voorlopige voorziening bij die rechtbank worden ingediend.
Als u zaak is voorgelegd aan de Centrale Raad van Beroep, dan is deze instantie bevoegd om uw verzoek voor een voorlopige voorziening in behandeling te nemen.
Het indienen van een verzoek voor een voorlopige voorziening is niet aan een termijn gebonden. Dat betekent dat een verzoek ook na verloop van de bezwaar- en beroeps- en hoger beroepstermijn gedaan kan worden. Ook betekent dit dat na een afwijzing een nieuw verzoek ingediend kan worden. Dit heeft echter alleen zin, wanneer er sprake is van nieuwe feiten en omstandigheden.
Zolang de uitkeringsinstantie nog geen beslissing heeft genomen over uw bezwaar, blijft de oorspronkelijk beslissing geldig. Als u bijvoorbeeld een bedrag moet terugbetalen, schort uw bezwaarschrift de terugbetaling niet op.
Als u een beslissing van een uitkeringsinstantie heeft ontvangen waarmee u het niet eens bent, dan heeft u meestal zes weken de tijd om bezwaar te maken. Maar let op: deze termijn kan soms ook korter zijn. Lees de beslissing van de uitkeringsinstantie goed door. De bezwaartermijn staat hierin vermeld.
U stuurt uw bezwaarschrift in principe naar dezelfde instantie die de eerdere beslissing genomen heeft. Meestal treft u in de beslissingsbrief van de uitkeringsinstantie een adres aan waar u uw bezwaarschrift heen kunt sturen.
Als u het niet eens bent met een beslissing van een uitkeringsinstantie, kunt u bezwaar maken. Schrijf een brief aan de uitkeringsinstantie. Geef duidelijk aan waarmee u het niet eens bent en waarom niet. Het adres waar u uw bezwaarschrift heen moet sturen, vindt u in de brief met de beslissing van de uitkeringsinstantie. U kunt uw bezwaar het beste aangetekend versturen.
U kunt een klacht indienen als u niet tevreden bent over de manier waarop de uitkeringsinstantie u heeft behandeld. Denk hierbij aan de situatie dat het te lang duurt voor u een reactie krijgt op uw aanvraag of als u niet wordt teruggebeld terwijl dat wel is afgesproken.
U kunt bezwaar maken als u het niet eens bent met een officiele beslissing van de uitkeringsinstantie. Denk bijvoorbeeld aan de situatie dat u ten onrechte geen uitkering krijgt. In elke brief van UWV staat of het een beslissing is waartegen u bezwaar kunt maken en hoe u dat kunt doen.