fbpx
Ga naar content

Hardere aanpak draaideurcriminelen door ISD-maatregel

Om de maatschappelijke overlast die recidivisten veroorzaken te bestrijden werd op 1 oktober 2004 een wet ingevoerd die het mogelijk maakte om stelselmatige daders harder aan te pakken. Met deze wet is het voor de rechter mogelijk gemaakt om deze stelselmatige daders, die door het plegen van een reeks delicten veel criminaliteit en onveiligheid veroorzaken, voor een periode van maximaal twee jaar in een inrichting te plaatsen die specifiek voor hen bestemd is.

Op die manier beoogt de maatregel de maatschappij te beschermen tegen de zogenaamde ‘draaideurcriminelen’. De vraag is echter of de maatschappij gebaat is bij veeplegers die lange tijd zonder behandeling uit de maatschappij worden verwijderd.

Voorwaarden maatregel Inrichting Stelselmatige Daders (ISD)

Door de nieuwe wet kan de officier van justitie eisen dat een ISD-maatregel wordt opgelegd. Dat betekent dat een recidivist voor een periode van 2 jaar in een Inrichting voor Stelselmatige Daders geplaatst kan worden. Voor het opleggen van een ISD-maatregel moet de veroordeelde wel aan een aantal voorwaarden voldoen. Deze voorwaarden zijn opgenomen in  artikel 38m van het Wetboek van Strafrecht.

Voorwaarde 1: delict waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten

Allereerst dient het te gaan om een delict waarvoor voorlopige hechtenis is toegelaten. Dit houdt in de regel in dat op het misdrijf dat wordt begaan een maximale gevangenisstraf moet staat van vier jaar of meer. U moet hierbij denken aan misdrijven als diefstal, openlijke geweldpleging, afpersing, en veel vormen van mishandeling.

Voorwaarde 2: in afgelopen vijf jaar tenminste driemaal veroordeeld voor misdrijf

Een tweede eis is dat de verdachte in de periode van vijf jaar voorafgaand aan het door hem begane feit tenminste driemaal wegens een misdrijf onherroepelijk tot een straf of maatregel is veroordeeld en deze straffen of maatregelen ten uitvoer zijn gelegd

Voorwaarde 3: veiligheid van personen of goederen moet met maatregel gebaat zijn

Tot slot moet de veiligheid van personen of goederen het opleggen van de maatregel vereisen. De ISD-maatregel mag alleen worden gevorderd als er sprake is van zeer actieve veelplegers. Dit is het geval als er minimaal tien processen-verbaal tegen de verdachte zijn opgemaakt in de vijf jaar voorafgaand aan het misdrijf.

In de praktijk blijkt dat tegen de meeste veroordeelden die een ISD-maatregel opgelegd hebben gekregen een veelvoud van dat aantal processen-verbaal is opgemaakt. Daarnaast kan de maatregel alleen kan worden gevorderd indien er capaciteit beschikbaar is en de stelselmatige dader in voorlopige hechtenis zit die niet is geschorst of opgeheven: de dader moet dus daadwerkelijk vast zitten.

Doelstellingen van ISD-maatregel

Zoals opgemerkt, is de doelstelling van de ISD-maatregel er in gelegen om de ernstige criminaliteit als gevolg van door stelselmatige daders gepleegde strafbare feiten terug te dringen. De maatregel beoogt dus primair de maatschappij te beschermen. Dit gebeurt door zowel incapacitatie van de recidivist als door het terugdringen van het recidivecijfer door behandeling. Incapacitatie houdt in dat de recidivist gedurende de relatief lange periode dat hij vast zit (2 jaar) geen strafbare feiten kan plegen, waarmee de maatschappij wordt beschermd. De doelstelling wordt tevens bereikt door middel van behandeling. Gedurende de maatregel kan de veroordeelde een gedragsbeïnvloedend traject afleggen.

RISc-screening

Een gedragsbeïnvloedend traject met intensieve interventies vindt echter alleen plaats als de veroordeelde in staat is tot deelname en hij gemotiveerd is. Dit wordt onder andere vastgesteld aan de hand van een zogenaamde RISc-screening. Als aan de hand van deze screening geen aanknopingspunten kunnen worden vastgesteld waaruit blijkt dat de veelpleger het traject succesvol zal afronden en hij gemotiveerd zal deelnemen, wordt deze uitgesloten van het traject.

Op deze manier vindt er een scheiding plaats tussen kansrijke en kansarme stelselmatige daders plaats. Voor degene niet aan een behandelprogramma mogen of willen meedoen, kent de maatregel een sober karakter.

Een andere reden dat de ISD-maatregel is ingevoerd, is dat de veelpleger vaak van vrijwillige behandeling afziet. Omdat de veeplegers veelal werden veroordeeld tot korte gevangenisstraffen ging van de straf onvoldoende drang uit om zich vrijwillig te laten opnemen en behandelen in bijvoorbeeld een afkickkliniek, als zijnde voorwaarde voor schorsing van de straf.

Met andere woorden: de veroordeelde zal liever kiezen voor de (relatief korte) gevangenisstraf dan voor een vrijwillige behandeling. Met de ISD-maatregel kan de rechter een relatief lange vrijheidsbenemende maatregel opnemen, waarbij het de veroordeelde vrij staat om te kiezen voor een behandeltraject.

Meer nadruk op behandeling

Het feit dat binnen de ISD-maatregel een behandelprogramma niet vanzelfsprekend is, lijkt haaks te staan op de achtergrond van de ISD-maatregel die nu juist mede in het leven geroepen is om recidivisten te behandelen.

De overheid vindt het weliswaar wenselijk als veeplegers actief aan hun problematiek werken, maar in veel gevallen wordt de veelpleger slechts opgesloten voor een lange periode, zonder enige vorm van behandeling. Daardoor komt de nadruk van de maatregel voornamelijk te liggen op de incapacitatie van de veelpleger.
Meer nadruk op behandeling bij een ISD-maatregel zou gewenst zijn. Als de veelpleger in zijn leven al meermalen heeft aangetoond niet zelfstandig met zijn problematiek te kunnen omgaan, kunt u zelf invullen hoe groot de kans op herhaling is als deze veelpleger na twee jaar te zijn afgesloten van de maatschappij zonder enige vorm van behandeling daar weer in terugkeert.

Mark Elkhuizen houdt zich als advocaat bezig met strafrecht en is verbonden aan Ten Berge Leerkotte Advocaten. Heeft u een vraag over strafrecht of wilt u reageren op deze column? Uw reactie is welkom op elkhuizen@tbladvocaten.nl.

Terug naar boven