Overheidsinstantie mag niet blind varen op extern advies
Soms moet een overheidsinstantie een beslissing nemen over een vergunningaanvraag waarbij specifieke deskundigheid vereist is die bij de betreffende instantie niet voorhanden is. De overheidinstantie kan dan extern advies inwinnen en haar beslissing op dit advies baseren.
In de beslissing wordt dan vaak simpelweg verwezen naar dit advies. Voor de overheidsinstantie is dit natuurlijk erg eenvoudig.
Een voorbeeld.
Een Chinese cliënt wil een bedrijf beginnen in Nederland en vraagt hiervoor de benodigde vergunning aan. Een belangrijke voorwaarde voor het mogen starten van deze onderneming is dat met de vestiging van de onderneming een wezenlijk Nederlands belang gediend moet zijn.
De overheidsinstantie die op de aanvraag moet beslissen (de IND) beschikt echter niet over de specifieke economische deskundigheid om te kunnen beoordelen of met de komst van het bedrijf van cliënt het Nederlands economisch belang wordt gediend. De IND vraagt hierover advies aan het Ministerie van Economische Zaken die dit wel kan beoordelen.
Overheidsinstantie moet advies op zorgvuldigheid toetsen
De overheidsinstantie mag dit advies op zich wel overnemen, maar moet wel nagaan of het advies op een zorgvuldige wijze tot stand gekomen is. Deze plicht staat ook wel bekend als de ‘vergewisplicht’.
In het eerdergenoemde voorbeeld was er een negatief advies uitgebracht door het Ministerie van Economische Zaken. Hoewel de betreffende cliënt een aanzienlijk bedrag in de onderneming had geïnvesteerd werd in het advies gesteld dat deze investeringen niet bewezen waren.
De IND had dit negatieve advies zonder meer overgenomen en wees de aanvraag van cliënt af.
Rechtbank toetst zorgvuldigheid van advies
In een daarop volgende procedure bij de rechtbank is betoogd dat het opgestelde advies
-en daarmee de op dit advies gebaseerde beslissing van het IND – onzorgvuldig tot stand is gekomen. Bij de adviescommissie van het Ministerie van Economische Zaken bestond blijkbaar enige onduidelijkheid over de investering van de cliënt.
Zowel deze adviescommissie als de IND hadden door het stellen van een paar vragen de bij haar bestaande onduidelijkheden op eenvoudige wijze kunnen wegnemen. Zij hebben dit ten onrechte niet gedaan. Om deze reden is het advies en de hierop gebaseerde beslissing onzorgvuldig.
De rechtbank stelde de cliënt in het gelijk en vernietigde de afwijzende beslissing van het bestuursorgaan.
Contra-expertise (tegenadvies)
Een andere mogelijkheid om het advies en de hierop gebaseerde beslissing te weerspreken is het laten opstellen van een tegenadvies (contra-expertise). Hieraan zijn wel kosten verbonden die voor uw rekening komen.
Conclusie
Wanneer een overheidsinstantie een voor u negatieve beslissing baseert op een (deskundigen)advies, bent u niet bij voorbaat kansloos. Het loont de moeite om een bestuursrechtadvocaat te laten controleren of het advies wel zorgvuldig is, zowel qua inhoud als de wijze van totstandkoming.
Heeft u een vraag over een bestuursrechtelijk probleem of wilt u reageren op deze column? Robert-Jan Schenkman is verbonden aan Westhoff Advocaten en als advocaat gespecialiseerd in bestuursrecht. Uw reactie is welkom op rjschenkman@westhoff.nl