Ontbinding van koopovereenkomst: kapot horloge

Martijn van der Velden is een horlogefanaat. Na enige jaren sparen besluit hij bij een exclusieve juwelier een handgemaakt Zwitsers uurwerk te kopen van ruim vierduizend euro. De blijdschap van de aankoop is van korte duur.

Al na twee maanden stopt het uurwerk ermee. Martijn gaat direct terug naar de juwelier die probeert uit te zoeken wat er aan de hand is. Na een paar dagen krijgt Martijn een telefoontje dat zijn horloge gerepareerd is.

Toch lijkt er na weer twee maanden opnieuw iets mis te zijn. Weer stopt het uurwerk ermee. Martijn vraagt de juwelier of hij geen nieuw horloge kan krijgen. Dit is nu al de tweede maal in korte tijd dat het ding kapot gaat. Dat zou toch niet mogen gebeuren bij een dergelijk duur horloge?

De juwelier zegt dat hij gestopt is met de verkoop van dit merk en dat hij dus niet in staat is om Martijn een nieuw horloge van hetzelfde merk aan te bieden. Wel stelt hij voor dat Martijn een nieuw horloge van een ander merk voor dezelfde prijs kan uitzoeken. Dit wil Mark niet. Mark wil de koopovereenkomst terugdraaien en zegt de Juwelier dat hij de overeenkomst wil ontbinden.

De juwelier begrijpt het standpunt van Mark en geeft hem zijn geld terug. Het kapotte horloge zal Mark uiteraard bij de juwelier moeten laten.