Opzeggende werknemer heeft ook recht op sociaal plan

Een werknemer krijgt na een dienstverband van twintig jaar te horen dat zijn werkgever besloten heeft om de bedrijfsactiviteiten te beëindigen met ingang van 1 augustus. Op aandringen van de werkgever zoekt en vindt de werknemer een nieuwe baan bij een andere werkgever. De werknemer besluit zijn arbeidsovereenkomst op 4 maart op te zeggen met inachtneming van de opzegtermijn van een maand. Zijn arbeidsovereenkomst eindigt dan ook met ingang van 29 april.

De werkgever bereikt met vakbond overeenstemming over een sociaal plan dat in werking treedt met ingang van 21 april. Op grond van dit sociaal plan zou de werknemer in aanmerking kunnen komen voor een ontslagvergoeding van ruim 70.000 euro bruto. De werkgever stelt zich echter op het standpunt dat de werknemer niet voor deze vergoeding in aanmerking komt. Volgens de werkgever is de werknemer simpelweg te snel geweest met zijn opzegging. Toen hij zijn werkzaamheden beëindigde, eind april, waren de bedrijfsactiviteiten van de werkgever immers nog in volle gang.

De kantonrechter is het met de argumenten van de werkgever niet eens.

Volgens de rechter is het duidelijk dat de werknemer zijn arbeidsovereenkomst heeft opgezegd omdat de werkgever in het voorjaar al heeft aangekondigd dat de bedrijfsactiviteiten over enkele maanden beëindigd zouden gaan worden. Het zou volgens de rechter niet eerlijk zijn als de werknemer door voortvarend een andere baan te zoeken en te vinden in negatieve zin beloond zou worden. De rechter komt dan ook tot het eindoordeel dat het sociaal plan volledig op de werknemer van toepassing is, waardoor hij recht heeft op een ontslagvergoeding van ruim 70.000 euro bruto.