Bezwaar en beroep in het vreemdelingenrecht
In de meeste gevallen kan een vreemdeling bezwaar maken tegen een beslissing van de IND. Er is echter een verschil tussen de manier waarop bezwaar gemaakt kan worden tegen een ‘normale’ verblijfsvergunning en een asielaanvraag.
Bezwaar tegen aanvraag normale verblijfsvergunning
Tegen een negatieve beslissing van de IND kunt u meestal binnen vier weken bezwaar maken. Hiervoor hoeft u strikt genomen geen advocaat in te schakelen, maar dit is wel aan te raden. Onderaan de beslissing van de IND leest u hoe en waar u een bezwaarschrift kunt indienen.
Soms kunt u direct beroep instellen bij de rechtbank. Een onafhankelijke rechter moet dan beslissen of het besluit van de IND correct genomen is en niet in strijd is met de wet of internationale verdragen. Dit noemt men ook wel een rechtmatigheidstoets. De rechter oordeelt dus erg formeel en kijkt of de IND formeel de juiste regels heeft toegepast.
Asiel
In de asielprocedure is er geen bezwaarfase, maar moet de asielzoekende bij een negatieve beslissing direct beroep instellen bij de rechtbank. Voordat het IND een beslissing neemt, zal het IND door middel van een zogenaamd voornemen de inhoud van de conceptbeslissing op voorhand kenbaar maken. De asielzoekende kan dan schriftelijk op dit concept reageren. Deze reactie noemt men ook wel de zienswijze.
Hoger Beroep in het vreemdelingenrecht
Wanneer de rechtbank het besluit niet in strijd met de wet of internationale verdragen vindt, wordt het beroep van de vreemdeling ongegrond verklaard en blijft het besluit van de IND in stand. Het is mogelijk om tegen deze uitspraak in hoger beroep te gaan bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.
Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State
De Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State kijkt dan of de rechtbank de juiste beslissing heeft genomen. Wanneer ook de Afdeling het eens is met het besluit van de IND is het mogelijk om binnen zes maanden na de uitspraak van de hoogste nationale rechter naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens te gaan. Deze instantie geeft dan een allerlaatste en definitief eindoordeel.
Het is alleen mogelijk om naar het Europese Hof te gaan, wanneer de zaak gaat om een mogelijke schending van een mensenrecht van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens.
Als de rechtbank tot het oordeel komt dat het besluit wel in strijd is met de wet of verdragen, moet de IND een nieuw besluit nemen. Dit besluit moet met inachtneming van de uitspraak van de rechtbank genomen worden. De IND kan dan besluiten om in hoger beroep te gaan bij de Afdeling Bestuursrechtspraak van de Raad van State.
De IND kan niet naar het Europese Hof voor de Rechten van de Mens.